Nederlanders zetten aanpak georganiseerde misdaad bovenaan lijstje voor 2020

De aanpak van georganiseerde misdaad moet de belangrijkste politieke kwestie zijn voor kabinet Rutte III volgend jaar. Zo’n 41 procent van de Nederlanders noemt dit prioriteit voor 2020. Dat boven het oplossen van de stikstofproblemen en het lerarentekort. Dat blijkt uit het politieke eindejaarsonderzoek van Wat Vindt Nederland? waar ruim 2000 mensen aan deelnamen. Ook vorig jaar gaven ondervraagden aan dat de aanpak van de georganiseerde misdaad hoog op het lijstje moest staan. Lees ook: Van deze wrede misdaden wordt Taghi verdacht Afgelopen jaar speelde de georganiseerde criminaliteit een grote rol in ons land. Met als dieptepunt de moord op advocaat Derk Wiersum. Hij was de advocaat van Nabil B., kroongetuige in het proces tegen de inmiddels opgepakte Ridouan Taghi. Ook de enorme toename aan plofkraken, de discussie rondom drugsgebruik en de grote hoeveelheid drugsafvaldumpingen leiden ertoe dat de georganiseerde misdaad als speerpunt wordt gezien. Dat betekent dat er werk aan de winkel is voor minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid.

Klimaatdoelen halen niet belangrijk

Slechts een klein deel van de Nederlanders ziet het halen van de klimaatdoelen als een belangrijke politieke kwestie voor volgend jaar. Acht procent van de deelnemers geeft dit zijn stem. Andere belangrijke politieke kwesties waar Rutte III volgend jaar mee aan de slag moet zijn volgens het panel het migratiebeleid en problemen in de zorgsector. Lees ook: Meerderheid Nederlanders steunt ziekenhuismedewerkers in cao-staking Ook in de peiling van december 2018 werd investeren in de zorg door een groot deel van de deelnemers genoemd als belangrijke taak voor de politiek.

Baudet en Rutte vielen op in 2019

Mark Rutte, die het hele afgelopen decennium als minister-president aan het roer van Nederland stond, was afgelopen jaar de meest opvallende politicus. De VVD-voorman kreeg 31 procent van de stemmen. Thierry Baudet eindigt met 29 procent van de stemmen op de tweede plek. Forum voor Democratie-leider Baudet viel onder meer op vanwege de verrassende overwinning bij de Provinciale Statenverkiezingen in maart. Ook zijn overwinningsspeech met de termen 'oikofobie', 'boreaal' en de 'uil van Minerva' was opvallend. Lees ook: Maar wat bedoelde Thierry Baudet nou allemaal met zijn speech? Geert Wilders (PVV) werd ook vaak genoemd. Net als Kamerleden Renske Leijten (SP) en Pieter Omtzigt (CDA) die zich vastbeten in de toeslagenaffaire. Opmerkelijk is dat minister Schouten van Landbouw door maar weinig ondervraagden wordt genoemd als politicus die het meest in het oog sprong. En zij was juist enorm veel in beeld vanwege de stikstofproblemen en boerenprotesten.

Boerenprotesten maakten indruk

We vroegen de deelnemers ook nog welk politiek moment uit 2019 hen het meest is bijgebleven. Verreweg de meeste deelnemers, ruim 40 procent, kozen voor de boerenprotesten vanwege het stikstofbeleid. Tegelijkertijd is de sympathie voor deze protesten de afgelopen weken wel flink afgenomen. De boeren konden begin november nog op bijna 90 procent van de steun rekenen. Half december steunde nog maar 46 procent de acties van de agrariërs. Lees ook: Sympathie voor boeren naar dieptepunt door nieuwe acties Ruim een kwart van het Wat Vindt Nederland-panel kiest de verlaging van de maximumsnelheid naar 100 kilometer per uur als de belangrijkste politieke moment van afgelopen jaar. Uit eerder onderzoek bleek dat dit als een gevoelig tik voor de VVD wordt gezien en de partij stemmen heeft gekost. Lees ook: Kwart van VVD-kiezers overweegt andere partij door 'rotmaatregel' Volgens het panel waren ook het vertrek van staatssecretaris Menno Snel vanwege de toeslagenaffaire en het bereiken van een pensioenakkoord na lange onderhandelingen momenten die het afgelopen politieke jaar kenmerkten.

Wat Vindt Nederland? is het opiniepanel van Hart van Nederland. Het panel bestaat op dit moment uit 27.000 leden. Per onderzoek wordt een deel van het panel uitgenodigd om mee te werken. Die selectie gebeurt op basis van de kenmerken van de deelnemers, zoals politieke voorkeur, geslacht, woonplaats, leeftijd. Op die manier wordt voorkomen dat een bepaalde groep dominant wordt in de uitslag, en daardoor kan de representativiteit van het onderzoek worden gegarandeerd. Alle onderzoeken vinden plaats onder begeleiding van opiniepeiler Maurice de Hond.