Nationaal Rapporteur Mensenhandel: 'Weinig zicht op slachtoffers'

Er is nog te weinig zicht op slachtoffers van mensenhandel. Hierdoor kunnen ze niet de juiste bescherming krijgen, blijkt uit de Slachtoffermonitor mensenhandel die donderdag is gepubliceerd. In 2014 daalde het aantal meldingen dat binnenkwam bij het coördinatiecentrum tegen mensenhandel CoMensha. Ook in 2017 zette de ingezette daling door. Er zijn slechts 958 slachtoffers in beeld. Lees ook: Negen vrachtwagenchauffeurs omgeving Rotterdam gered van uitbuiting "We moeten onze ogen hier niet voor sluiten. Mensenhandel heeft politieke topprioriteit, daarom is het van groot belang dat er meer slachtoffers in beeld komen en dat zij bescherming krijgen'', zegt Nationaal Rapporteur Mensenhandel Herman Bolhaar.

Decriminalisatie van sekswerk

Bolhaar schermt er mee dat vooral "Nederlandse slachtoffers van seksuele uitbuiting niet goed zichtbaar zijn". Dat aantal daalt sinds 2012, maar de Nationaal Rapporteur Mensenhandel blijft goochelen met cijfers en termen en drijft daarmee sekswerkers juist verder in het nauw. Hoe dat mechanisme werkt, kun je hier lezen. Lees ook: Sekswerkers winnen rechtszaak van gemeente Den Haag over registratie Bolhaar gooit mensenhandel en sekswerk op één hoop. Op die manier krijgen slachtoffers niet de hulp die ze nodig hebben en verdwijnen ze juist uit het zicht van zorginstanties. Iets wat hij zou kunnen voorkomen door met sekswerkers in gesprek te gaan over wat zij zelf nodig hebben. Lees ook: Sekswerkers eisen decriminalisatie van sekswerk Instanties die zich met sekswerk bezig houden dringen al jaren aan op de decriminalisatie van de beroepsgroep. De landelijke overheid en gemeenten geven daar amper gehoor aan, waardoor veel mensen van de radar verdwijnen en makkelijker ten prooi vallen aan geweld en kwaadwillenden. Daar komt ook nog eens bij dat cijfers binnen verschillende politieregio's enorm van elkaar afwijken. Iets wat Bolhaar gaat onderzoeken "om mensenhandel zo goed mogelijk aan te pakken''. ANP/Redactie