Het is zeer de vraag of de hoofdverdachte in het Ruinerwold-proces veroordeeld kan worden voor de strafbare feiten waarvan hij verdacht wordt. De 67-jarige Gerrit Jan van D. blijkt tot op heden namelijk niet in staat te zijn tot communicatie. Van D. zou een aantal jaar geleden een hersenbloeding hebben gehad, waardoor hij niet meer kan praten. Het is het Openbaar Ministerie niet gelukt om Van D. te ondervragen. Van D. ligt sinds zijn aanhouding in oktober vorig jaar in het gevangenisziekenhuis in Scheveningen. Zijn advocaat Robert Snorn denkt zelfs dat Van D. nooit meer in staat zal zijn om te praten of op een andere manier te communiceren. Een grote tegenvaller voor justitie, want als zijn toestand niet verbetert, komt het hele Ruinerwold-proces op losse schroeven te staan.Aanklacht begrijpenEen van de voorwaarden voor het kunnen voeren van een proces is dat een verdachte de aanklacht tegen zijn persoon moet kunnen begrijpen. Strafrechtadvocaat Sander Janssen legt uit: "Als iemand helemaal niet kan verklaren door een gebrek, door een lichamelijke stoornis of hij kan helemaal niet volgen waar de zaak over gaat dan heb je wel een probleem, want dan kan je niet verder met zo’n zaak." Lees ook: 'Vader hing medewerker dagenlang op aan plafond' Strafrechtadvocaat Peter Plasman vult aan: "Als het niet kunnen praten terug te voeren is op een gebrek (...) dat hij niet meer begrijpt waar dit over gaat (...), dan kan de rechtbank de vervolging schorsen"Schorsing geen einde van vervolgingMocht de rechtbank in het geval van Gerrit Jan van D. tot de conclusie komen dat hij de aanklacht tegen hem niet begrijpt en over gaan tot schorsing van de zaak, dan betekent dat volgens Sander Janssen niet dat de zaak daarmee definitief voorbij is. "Het betekent dat de zaak wordt stilgelegd tot het moment dat zo iemand weer beter is en het dus wel weer kan volgen. Simpel gezegd wordt de zaak gewoon gepauzeerd en kan deze weer hervat worden op het moment dat je wel weer in staat bent om het proces te volgen." Volgens Peter Plasman, die al ruim dertig jaar advocaat is, komt schorsing van een rechtszaak niet vaak voor. "Het is een beslissing die hoogst zelden voorkomt." Volgens Sander Janssen is het dan ook nog lang niet zo ver. "Zeker in een zaak als deze, waarin het om ernstige verdenkingen gaat, wordt door het Openbaar Ministerie goed gekeken wat iemand mankeert. De rechter wil zeker weten dat iemand het echt niet kan volgen."Verklaring OMKomende dinsdag start het Ruinerwold-proces met een zogenaamde pro-forma zitting. De zaak wordt niet inhoudelijk behandeld, maar de rechtbank beslist wel of Gerrit Jan van D. en medeverdachte Josef B. vast blijven zitten. Justitie verdenkt Van D. van langdurige vrijheidsberoving en mishandeling van zijn negen kinderen. Ook zou hij twee van zijn drie oudste kinderen jarenlang seksueel hebben misbruikt. De 58-jarige Oostenrijkse medeverdachte Josef B. wordt verdacht van vrijheidsberoving en witwassen. Lees ook: Ruinerwold-kinderen doen hun verhaal: 'Wij geloven nog steeds in dit leven' Het Openbaar Ministerie laat aan Hart van Nederland weten met een uitgebreide verklaring te komen en te zullen vertellen hoe Van D., ondanks zijn slechte gezondheidstoestand, toch verhoord zou kunnen worden. De advocaat van Van D. heeft aangegeven dat zijn cliënt, gezien zijn slechte gezondheidstoestand, niet aanwezig zal zijn bij de zitting.