De vorst is laat dit jaar: temperaturen nu pas onder vriespunt op 'normale waarnemingshoogte'

Voor het eerst dit najaar is lokale vorst gemeten. Op het weerstation Ell in Limburg koelde het in de nacht van zondag op maandag af naar -1,1 graden, meldt Weer.nl. De eerste vorst valt ruim drie weken later dan normaal. Gemiddeld vriest het op 21 oktober voor het eerst in ons land.

Niet alleen Limburg werd het fris, ook in Woensdrecht (Noord-Brabant) daalde de temperatuur afgelopen nacht tot onder nul. De vorige keer dat het ergens in Nederland op 1,5 meter hoogte vroor was op 9 mei. In Leeuwarden daalde het kwik toen naar -0,6 graden.

Gemiddelden en records

Vorig najaar daalde de temperatuur op 16 oktober voor het eerst lokaal tot onder nul. In 2020 was 17 oktober de eerste lokale vorstdag en in het najaar van 2019 werd de eerste vorst op 29 oktober gemeten. In alle gevallen had Twente toen de primeur.

Dit najaar werd in de nacht van 20 op 21 september voor het eerst grondvorst gemeten in Nederland. Op meetpunt Eelde in Drenthe daalde de temperatuur aan de grond toen naar -1,8 graden.

Recordvroege vorst na de zomer vond plaats in 1971, toen het in Deelen al op 15 september een beetje vroor met -0,1 graad. Een dag later werd het nog een stuk kouder met -2,4 graden in Winterswijk en -2,2 graden in Soesterberg. In De Bilt werd het -0,7 en daarmee noteerde het hoofdstation de vroegste officiële vorst ooit.

Grondvorst en normale vorst

Grondvorst wordt gemeten op 'klomphoogte': 10 centimeter boven de grond. De 'normale' meethoogte is 1,5 meter. Koude lucht is relatief zwaar en zakt tijdens heldere en rustige nachten naar beneden. Daardoor bevindt de koudste lucht zich net boven het aardoppervlak. Aan de grond is het gemiddeld ruim 3 graden kouder dan op anderhalve meter.