Ruime meerderheid Nederlanders heeft geen Oranjekoorts

Vandaag begint het hele oranjecircus weer: een maand lang bijna dagelijks één of meerdere voetbalwedstrijden op tv. Maar zitten we eigenlijk wel te wachten op een sportzomer? Niet echt, blijkt uit ons panelonderzoek.

Niet iedereen is te porren voor de wedstrijden van Oranje, blijkt uit representatief onderzoek onder ruim 3200 leden van het Hart van Nederland-panel. Slechts 33 procent heeft echt veel zin in deze voetbalmaand. 59 procent zit er helemaal niet op te wachten.

Niet heel verrassend, maar vooral jonge mannen hebben er zin in. Voor vrouwen boven de 50 jaar kan de oranjegekte niet snel genoeg voorbij zijn.

Waar gaan we kijken?

Als we dan gaan kijken, waar doen we dat dan het liefst? Bijna de helft van de deelnemers doet dat toch het liefste thuis. 47 procent geeft aan dat ze lekker vanaf de bank Oranje aanmoedigen. 10 procent zet de tv in de tuin en pakt op die manier ook nog wat vitamine D mee. Een kleine groep zegt samen met de buurt naar de wedstrijd te kijken.

Maar wanneer we de Oranjeleeuwen dan aanmoedigen, doen we dat dan in een oranje outfit? Nee, zegt 51 procent. Ik geniet in mijn eigen kloffie van de wedstrijd. Een vijfde van de groep deelnemers trekt nog wel een oranje shirt aan of zet een pet op. Slechts 5 procent gaat helemaal over de top, inclusief juichcape, vuvuzela en sportsokken.

Geen grote schermen

Voor veel mensen was het een flinke domper toen demissionair minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) eind mei met het plan kwam om nog geen grote schermen toe te laten op pleinen en parken om naar de wedstrijden te kijken.

Grote schermen zijn bij de eerste twee wedstrijden niet mogelijk, omdat die pas om 21.00 uur beginnen. Kroegen en cafés sluiten vanwege de coronamaatregelen om 22.00 uur. Dan moeten de cafés in de rust alle bezoekers naar huis sturen en dat kan weer problemen opleveren voor de openbare orde en doorstroming. De minister krijgt nu steun van de deelnemers van het panel.

Een meerderheid van de respondenten is het eens met de maatregel van de minister. 51 procent vindt het een goed plan. "Eerst moet corona helemaal de wereld uit voordat we dit weer kunnen toestaan", laat een respondent weten.

Een kleinere groep deelnemers (39 procent) is het daar niet mee eens. "Belachelijk, er zijn inmiddels meer dan 11 miljoen prikken gezet in het land, waar blijft dat feestje?" Een andere deelnemer laat weten: "Als bioscopen, pretparken en restaurants weer open mogen moet je ook samen met anderen op een groot scherm voetbal kunnen kijken. Dit lijkt op treitergedrag van de regering. Zó klaar mee!"

Eén lijn

Bij de derde wedstrijd (op 21 juni) wil minister Grapperhaus in principe ook geen schermen toestaan. "Dat is het uitgangspunt", maar hij geeft aan wel bereid te zijn hierover later verder te spreken. In principe wil hij pas schermen overwegen als de stappen 4 en 5 van het openingsplan op 30 juni zijn ingegaan. Hij trekt hierin een lijn voor heel Nederland.

Het Hart van Nederland-panel bestaat op dit moment uit zo’n 40.000 leden. Per onderzoek wordt een voor de Nederlandse bevolking representatief deel van het panel uitgenodigd. Kijk hier voor meer informatie over het panel en meld je aan!