Vier dingen die je nog niet wist over Prinsjesdag

Het is de derde dinsdag van september: Prinsjesdag! Een dag vol tradities: de koets, de troonrede en natuurlijk hét koffertje. Wij vertellen je vier dingen die je nog niet wist over Prinsjesdag.

De traditie van Prinsjesdag begon ruim twee eeuwen geleden, nadat Nederland in 1813 onafhankelijk werd van het Napoleontische Frankrijk. Maar het echte begin is in nevelen gehuld. Er zijn geen documenten meer die precies weergeven waarom het begin van het parlementaire jaar zo wordt ingevuld. Nederland, dat altijd een republiek was maar nu een koninkrijk werd, keek waarschijnlijk voor inspiratie naar de andere landen in Europa, zoals het Verenigd Koninkrijk.

Ridderzaal

De Troonrede wordt door de Koning voorgedragen in de Ridderzaal, het oudste gebouw van Den Haag. Maar het was niet altijd een plek voor ceremonies. Ooit waren er markten, en stond het bekend als ‘de Loterijzaal’. Het was namelijk de plek waar de Staatsloterij werd getrokken. Pas in de negentiende eeuw werd de naam Ridderzaal gebruikt, omdat dat een romantischer beeld van de plek gaf.

De Gouden Koets

In de loop van jaren werden allerlei tradities aan Prinsjesdag toegevoegd. In 1903 werd een van de meest beeldbepalende elementen van de dag in gebruik genomen: de Gouden Koets. De traditie van het koffertje van de minister van Financiën is nog recenter. In 1947 was minister Lieftinck de eerste. Hij wilde de Rijksbegroting in stijl presenteren, maar ook niet te duur, want na de Tweede Wereldoorlog moest het hele land het met minder doen. Het oorspronkelijke koffertje liet Lieftinck door een van zijn ambtenaren bij de dichtstbijzijnde leerhandel halen, voor welgeteld 3,50 gulden.

Zo is de traditie van Prinsjesdag door de jaren heen best wel veranderd. Maar de kern is hetzelfde gebleven: het is een moment voor de Koning en de politiek om het parlementaire jaar te openen ten overstaan van het Nederlandse publiek.