Politiek
8 juli 2021, 12:14
De boeren hebben opnieuw het Malieveld beschadigd met hun tracktoren. Tijdens de actie gisteren is er voor ongeveer tweeduizend euro aan schade gemaakt, zegt een woordvoerder van Staatsbosbeheer.
"Dat valt mee, het lag er vergeleken met de vorige keer goed bij", zegt een woordvoerder. "Maar toen telden de weersomstandigheden ook mee. Er waren modderstromen, grote bandensporen. Die heb ik toen niet gezien." Er was toen 27.000 euro schade, die de boeren grotendeels zelf herstelden.
Een aantal boze boeren stapte gisteren weer op de trekker om te gaan demonstreren. Dat zorgde voor ingedeukt gras en dat moet 'verlucht' worden: "We moeten heel veel gaatjes prikken en dat kost ongeveer twee duizend euro. Dat moet op korte termijn en de rekening sturen we naar de organisator."
En die gaat dat netjes oplossen, benadrukt de organisatie Agractie. "Er was een natte plek waar vorig jaar het circus heeft gestaan. Daar kon het water minder goed doorheen. Helaas hebben één of twee trekkers een rondje gedaan daardoorheen. Daar zijn we niet blij mee, we gaan dat gewoon herstellen." Ze wil verder benadrukken dat de rest van het veld keurig is achtergelaten.
Zowel op het Malieveld in Den Haag als in vier provinciehoofdsteden lieten de boeren woensdag van zich horen. Ze vinden nog steeds dat zij te veel de rekening van de stikstofcrisis krijgen toegeschoven. Ook vrezen ze dat de ruimte voor boerenbedrijven de komende jaren fors zal worden ingeperkt.
Agractie kijkt er positief op terug, maar vond de dag ook confronterend. "We zien weer dat de politiek zich niet realiseert wat zij bij ons thuis aanrichten: angst, onrust en emotie. Het doet wel weer wat met je."
Deel dit artikel
Ja, ik wil graag wekelijks de nieuwsbrief van Hart van Nederland ontvangen met daarin het laatste nieuws en aanbiedingen die wijzelf of in samenwerking met onze partners organiseren.
Meld je aan om wekelijks onze nieuwsbrief te ontvangen. Je kan je altijd uitschrijven. Persoonsgegevens worden verwerkt in overeenstemming met de Privacyverklaring van Talpa Network.