Modderstromen, hagelbuien, overstromingen en onweer: delen van Europa hadden het de afgelopen dagen flink te verduren. Met name in de Alpen viel een enorme hoeveelheid regen. Dat water stroomt nu richting Nederland, wat betekent dat voor ons? Moeten we bang zijn dat die buien ook onze kant op komen? Dat gelukkig niet. Volgens Weer.nl kreeg Zuid-Europa te maken met extreem weer doordat de hitte daar nu verdrongen wordt. De koelte die wij hier al hebben, dringt steeds verder Europa in. Het noodweer komt dus niet onze kant op.De Limburgse Romy (18) weet als geen ander wat voor gevolgen het noodweer heeft voor het Spaanse eiland Mallorca: Ook in de Alpen wordt het weer beter. Hoewel ze daar nog geen zon kunnen verwachten, is het noodweer voorbij. Het blijft wel wisselvallig. Hoewel het weer zich dus koest houdt, komt het water dat gevallen is in het gebied wel onze kant op.Geen reden voor paniek"Het water vanuit een deel van Zwitserland, Frankrijk en Duitsland komt via de Rijn deze kant op, maar dat is geen reden voor zorgen", aldus meteoroloog Reinout van den Born van Weer.nl. "Het waterpeil van deze rivier zal omhoog gaan, maar de Rijn kan veel water opslaan. We verwachten geen problemen. In de zomer staat de waterpeil in deze rivier ook lager dan in de winter." Twee jaar geleden had Limburg nog te maken met overstromingen door hevige buien. Ook afgelopen vrijdag had het zuiden van Nederland te maken met wateroverlast door flinke regenval. "Maar toen vielen de buien dichterbij dan nu. Bovendien kon vorige week vrijdag de riolering niet al het overtollige water afvoeren en ontstond er wateroverlast. Twee jaar geleden kwam het water terecht in de Geul. Deze kleine rivier kon zoveel regen ook niet opslaan.""Nu komt in de Geul geen water door het noodweer van de afgelopen dagen. Het water uit een deel van Zwitserland, Frankrijk en Duitsland komt binnen nu en een week terecht in de Rijn, en het water uit onder andere Oostenrijk gaat via de Donau naar de Zwarte Zee", aldus Weer.nl. Dus er is voor ons geen reden tot paniek.