Bijna de helft van de mensen zou zich laten prikken met Russisch Sputnikvaccin

Bijna 45 procent van de Nederlanders zou zich laten inenten met het Russische Sputnik V-vaccin. Het vertrouwen in dit vaccin is daarmee een stuk lager dan het aantal mensen dat in principe openstaat voor een prik (66 procent).

Dat blijkt woensdag uit representatief onderzoek van het Hart van Nederland-panel, waaraan in totaal 2400 willekeurig geselecteerde respondenten meededen.

Effectief

Uit testuitslagen van het Russische vaccin blijkt dat het voor 91,6 procent effectief is, oftewel dat bijna 92 procent minder mensen ziekteverschijnselen ontwikkelen bij besmetting met het coronavirus. Daarmee werkt het vaccin net zo goed als dat van BioNTech/Pfizer en Moderna, en veel beter dan de vaccins van AstraZeneca en Janssen. Het Sputnikvaccin werkt op basis van dezelfde beproefde methode als die van AstraZeneca en Janssen, en werd ook tijdens de tests veilig zijn bevonden.

Toch geeft 41 procent van de mensen aan het Sputnikvaccin sowieso niet te nemen. "Wie heeft gezegd dat het Russische vaccin zo goed is? De Russen of de EMA? Want de Russen vertrouw ik niet," laat een van de panelleden weten. Een andere respondent heeft meer vertrouwen: "Ik ga ervanuit dat wanneer dat hier aangeboden wordt, het dan ook volgens onze standaarden getest en goedgekeurd is. In dat geval heb ik er geen probleem mee."

Liever snel dan goedkoop

De afgelopen tijd begint het ongenoegen over de vertragingen van het vaccinatieprogramma op te lopen, onder meer door het achterblijven van leveranties van vaccins aan de Europese Unie. De Europese Commissie zou teveel hebben geprobeerd af te dingen op vaccins waardoor de Europese Unie later contracten met onder meer AstraZeneca sloot, en de EU nu soms achter het net vist. Tijdens de Mexicaanse griepepidemie in 2009 was de kritiek dat Nederland onder leiding van Gezondheidsminister Ab Klink juist teveel had betaald voor vaccins.

Nederlanders vinden ondanks de ervaringen uit 2009 dat de zaken nu snel moeten worden geregeld. 82 procent geeft aan dat snelheid het belangrijkst is ook al krijg je dan misschien niet de beste prijsafspraak, tegenover 8 procent, die voor zo laag mogelijke aanschafkosten willen gaan. Zo zegt een van de respondenten: "Die medicijnproducenten moeten zich schamen, ze zouden alleen de kostprijs mogen rekenen."