Zakariyya (13) wil meer aandacht over kinderarmoede: 'Ongemakkelijk om erover te praten'

De meeste Nederlanders onderschatten hoeveel kinderen in ons land in armoede leven, meldt Stichting Ideële Reclame (SIRE). Van de 524 ondervraagden in een onderzoek dat SIRE heeft laten doen, schat 82 procent dat aantal te laag in. De 13-jarige Zakariya leeft in armoede en is blij dat er nu aandacht voor wordt gevraagd.

Om meer bewustwording te creëren voor het probleem lanceert SIRE vrijdag een campagne, met onder meer filmpjes van kinderen die vertellen hoe het is om in geldnood op te groeien. Volgens het CBS leeft een op de dertien Nederlandse kinderen in armoede.

Volgens SIRE is er zo veel onwetendheid omdat er een taboe op rust. "Mensen schamen zich voor geldgebrek omdat er veel vooroordelen over zijn", zegt SIRE-directeur Lucy van der Helm. Bijna de helft van de Nederlanders denkt dat de ouders van kinderen in armoede niet werken en ongeveer een kwart ziet geldgebrek als de verantwoordelijkheid van ouders zelf. "Maar in werkelijkheid heeft 37 procent van de kinderen in armoede ouders die werken", aldus Van der Helm.

Meer armoede door kabinetsbeleid

Geldgebrek is vooral in de steden een probleem, en treft in meer dan de helft van de gevallen mensen met een niet-westerse migratieachtergrond. Met het huidige kabinetsbeleid zal armoede met ruim een kwart toenemen, berekenden het Sociaal en Cultureel Planbureau en het Centraal Planbureau vorig jaar.

De gevolgen van de coronapandemie werden in die berekeningen niet meegenomen. Bijna de helft van de Nederlanders vindt in het SIRE-onderzoek dat de overheid meer moet doen om armoede aan te pakken.

Drie portretten

De nieuwe campagne vertelt de verhalen van Anashya (11 jaar), Zakariyya (13 jaar) en Romy (12 jaar), drie kinderen die in armoede leven in Nederland. In een openhartig gesprek met een voor hen belangrijk persoon vertellen de drie hoe het is om op te groeien en wat dat met hen doet.

Zakariyya heeft zijn 'geheim' dankzij de campagne eindelijk kunnen delen en "dat lucht heel erg op". De tiener vindt het geen gemakkelijk onderwerp dat hij het thuis niet breed heeft. Hij is behoorlijk gepest. "Om mijn kleren bijvoorbeeld. Ik droeg soms kapotte of vieze kleren. 'Heb je die van de prullenbak of straat' zeiden ze dan."

Zakariyya's moeder vindt het zwaar om haar zoon te zien worstelen. "Je loopt er continu tegenaan. Elke ouder wil zijn kinderen alles kunnen geven. Als mijn kinderen maar kunnen lachen," zegt ze.