nieuws
18 mei 2021, 13:26
Een receptioniste die naar urine stonk tijdens haar werk bij de provincie Noord-Holland is terecht ontslagen. Dat heeft het gerechtshof in Amsterdam eerder deze maand besloten. De vrouw was in hoger beroep gegaan nadat de kantonrechter in Haarlem haar eerder al in het ongelijk had gesteld.
De vrouw, geboren in 1956, heeft een lichamelijke beperking, waardoor zij voor haar werkzaamheden bij de provincie in een rolstoel zit. Daar was zij sinds 1984 werkzaam als receptioniste en telefoniste. Ze was verantwoordelijk voor het bedienen van de telefooncentrale en het verwelkomen van gasten en bezoekers.
In 2015 en 2016 kwamen de eerste klachten binnen over het functioneren en het gedrag van de vrouw. Daar is meerdere keren met haar over gesproken en ze heeft eind 2016 zelfs een officiële waarschuwing gekregen.
Een paar jaar later, vanaf 2018, kwamen er wederom klachten binnen over de vrouw. Collega's en beveiligers klaagden over een onaangename geur die rond de vrouw hing. Zij liet weten dat ze kampt met een medisch probleem en wilde daar niet in detail met haar leidinggevende over praten. Later meldde zij dat ze onder behandeling staat bij een specialist.
Eind 2019 was de maat vol. De provincie wilde de vrouw niet meer toelaten tot haar werkplek en bood haar een ontslagovereenkomst aan. Daar ging zij niet mee akkoord. De vrouw wilde haar werk gewoon voortzetten. Uiteindelijk moest de kantonrechter in Haarlem uitsluitsel geven. Die besloot dat de vrouw terecht ontslagen is.
Maar daar nam ze geen genoegen mee; ze ging in hoger beroep. Het woord is daarom nu aan het gerechtshof in Amsterdam. De vrouw betwist de aard en omvang van het geurprobleem, maar daar gaat het hof niet in mee.
De vrouw vindt ook dat haar werkgever te weinig geprobeerd heeft om haar tegemoet te komen. Dat verweer wijst het Hof af, omdat de vrouw zelf weinig heeft ondernomen om iets te doen tegen het door haar veroorzaakte geurprobleem. Dat blijkt volgens de rechter uit mailwisselingen.
Omdat alle verweren zijn afgewezen, ziet het Hof geen aanleiding om de uitspraak van de kantonrechter aan te passen. De vrouw, die voor 26 uur werken zo'n 1.600 euro verdiende, is dus terecht ontslagen en moet de proceskosten van zo'n 2000 euro betalen.
Foto: Shutterstock
Deel dit artikel
Ja, ik wil graag wekelijks de nieuwsbrief van Hart van Nederland ontvangen met daarin het laatste nieuws en aanbiedingen die wijzelf of in samenwerking met onze partners organiseren.
Meld je aan om wekelijks onze nieuwsbrief te ontvangen. Je kan je altijd uitschrijven. Persoonsgegevens worden verwerkt in overeenstemming met de Privacyverklaring van Talpa Network.