Onderzoekscommissie: Koninklijk Huis probeerde invloed uit te oefenen op onderzoek Poch

Het Koninklijk Huis heeft geprobeerd om invloed uit te oefenen in het onderzoek naar Transavia-piloot Julio Poch. Dat blijkt uit een rapport van de commissie Machielse dat maandag gepubliceerd is.

Poch werd in 2009 aangehouden en heeft in Argentinië acht jaar in voorarrest gezeten op verdenking van betrokkenheid bij de zogenoemde dodenvluchten in de jaren zeventig. In 2017 is de piloot vrijgesproken.

Uit de resultaten van de onderzoekscommissie blijkt dat een medewerker van de koning belde naar de toenmalige vicepresident van Eurojust, een agentschap van de Europese Unie dat zich bezighoudt met internationale strafzaken. Deze medewerker zei dat een eventuele veroordeling tegen Poch, 'pijnlijk is voor Máxima'. Ook vroeg ze zich af of 'de zaak wel nodig was'.

De vicepresident van Eurojust vroeg de medewerker om het bezwaar op papier te zetten, maar dat bezwaarschrift is er nooit gekomen.

Verdenking betrokkenheid dodenvluchten

Poch woonde sinds 1988 in Nederland en werd in 1995 Nederlands staatsburger. De voormalige Transavia-piloot werd in september 2009 aangehouden in Valencia door de Spaanse autoriteiten. Een jaar later werd hij uitgeleverd aan Argentinië. In 2017 werd Poch uiteindelijk vrijgesproken.

Terug in Nederland stelde Poch de Staat aansprakelijk, omdat die volgens hem onrechtmatig zou hebben meegewerkt aan zijn arrestatie door Spanje. Hij eist een schadevergoeding van 5 miljoen euro. Deze zaak loopt nog.

Het onderzoek is volgens de commissie in alle fasen naar Nederlands en internationaal recht rechtmatig geweest. Ook concludeert de commissie dat toenmalig justitieminister Ernst Hirsch Ballin geen persoonlijke opdracht heeft gegeven tot het onderzoek naar Poch. Hij heeft zich ook niet inhoudelijk met het politieonderzoek bemoeid. Staatsrechtelijk is dat niet toegestaan.

Daarnaast zijn er geen aanwijzingen gevonden dat Nederland "per se" Poch in Argentinië wilde laten berechten, aldus de commissie. Wel vindt Nederland uit principe dat vervolging bij voorkeur plaatsvindt in het land waar de misdaden zijn gepleegd.

Tekst: Redactie / ANP