Carnaval barst bijna los: Handelse kinderen leggen laatste hand aan wagens voor optocht

Over een paar weken barst het carnaval weer los in Brabant en Limburg. De laatste hand wordt gelegd aan de carnavalswagens van de optochten. De bouwers daarvan moeten dit jaar wel creatief zijn, want het aantal mensen dat mee wil bouwen neemt af en de kosten van zo'n wagen zijn door de stijgende prijzen hoger dan ooit. Maar daar weten ze in Noord-Brabant wel raad mee.

In Handel, in het oosten van de provincie, zetten ze namelijk de jeugd aan het werk en hebben ze een heuse Bergkneuter Acadamy. "Hier zijn we vier jaar geleden mee begonnen. We geven lessen onder schooltijd aan kinderen van basisschoolleeftijd waarin we carnavalswagens bouwen. Zo leren wij net zoals vroeger van de oudere kinderen lassen en poppen maken", legt Peter van den Bosch van de Acadamy uit.

Animo gedaald

De jeugd wordt dus goed aan het werk gezet, al lukt dat niet overal. Het animo onder wagenbouwers neemt volgens Ad Koopman, voorzitter van de Brabantse Carnavalsfederatie, namelijk af. "We zien dat veel senioren na de coronajaren er niet meer aan beginnen. Dan heb je vervanging nodig en ga je een beroep doen op de jeugd. Daar zitten alleen vaak niet de vakkrachten bij, zoals ervaren lassers of schilders."

Minder wagenbouwers dus, al is dat niet overal in Noord-Brabant. "We zien een wisselend beeld. Zo hebben we clubs die gestopt zijn, maar ook clubs die dit jaar met twee wagens aankomen, die van 2022 en van 2023. Gelukkig wordt het niet op grote schaal minder", legt Koopman uit.

Gestegen prijzen

Naast het animo, hebben carnavalsverenigingen ook last van de gestegen bouwprijzen. "De verf op de wagens is stukken duurder geworden en dat kun je gewoon niet missen op je wagen. Ook de energie die je nodig hebt om te lassen, heb je gewoon nodig", zegt Koopman.

In Handel hebben ze ook daar iets op gevonden. "We zijn een relatief kleine gemeenschap en krijgen veel hulp aangeboden. De verwarming zetten we ook lager en we vragen de kinderen ook om zelf met ideeën te komen. We gaan ze niet alles voorschotelen", lacht Van den Bosch.