Celstraffen opgelegd in zaak martelcontainer Wouwse Plantage

Het gerechtshof Amsterdam heeft celstraffen variërend van één tot zeven jaar opgelegd in de zaak rond de beruchte martelcontainer in Wouwse Plantage. Het Openbaar Ministerie had in dit hoger beroep straffen tot negen jaar geëist tegen de acht verdachten. In Wouwse Plantage werd een cellencomplex van zes zeecontainers gebouwd, waarvan een zevende container was ingericht als martelkamer met onder andere een tandartsstoel voor het vastbinden van slachtoffers.

In de containers werden ook martelgereedschappen aangetroffen en in een loods in Rotterdam stonden snelle auto's gestald die waarschijnlijk gebruikt werden bij ontvoeringen. Daarnaast werden wapens en politie-uniformen gevonden.

Cocaïnehandel

Het doel van het complex was vermoedelijk het ontvoeren, vastzetten en martelen van criminele rivalen in de context van de internationale cocaïnehandel. In juni 2020 greep de politie in toen de verdachten op het punt stonden hun eerste slachtoffer in de onderwereldgevangenis te plaatsen.

"De voorbereidingshandelingen waren in een zeer vergevorderd stadium en er werd actief gezocht naar beoogde slachtoffers", zegt het hof in de uitspraak. "Weerzinwekkend is dat de verdachten serieus overwogen ook vrouwen en kinderen te ontvoeren om zo hun slachtoffers te kunnen treffen."

De rechtbank had eerder gevangenisstraffen tot negen jaar opgelegd aan de verdachten, met leeftijden van 36 tot 70 jaar. Het hof noemt de hoge straffen passend vanwege de professionele organisatie. De hoofdverdachte, de 52-jarige Roger P. alias Piet Costa, kreeg een gevangenisstraf van 33 maanden opgelegd, rekening houdend met een eerdere veroordeling tot vijftien jaar cel in een grote drugszaak.

ANP