16 jaar cel geëist in oude Haagse moordzaak

Tegen Daniel E. is maandag in de rechtbank in Den Haag een celstraf van zestien jaar geëist voor de moord op Miriam Sharon, bijna dertig jaar geleden. De 36-jarige vrouw werd in 1990 in haar huis in Den Haag met messteken gedood, terwijl haar dochtertje in de kamer ernaast lag te slapen. Lang leek de gruwelijke moord onopgelost te blijven, tot de 53-jarige E. ruim een jaar geleden na een DNA-match alsnog opgepakt kon worden. De Israëliër was al eerder in beeld als verdachte, samen met een inmiddels overleden vriend van hem, maar moest toen wegens gebrek aan bewijs worden vrijgelaten. Door sporen die destijds in de woning van het slachtoffer zijn gevonden met hedendaagse technieken opnieuw te onderzoeken, volgde de DNA-match. Het Openbaar Ministerie heeft E. moord ten laste gelegd en niet het juridisch minder zware doodslag. Dat is namelijk inmiddels verjaard en dus niet meer te vervolgen, moord verjaart nooit. Een motief voor het doden van Sharon is nooit duidelijk geworden. Mogelijk gaat het om een partij drugs die de vrouw achterover zou hebben gedrukt, mogelijk gaat het om een ruzie over het vervalsen van schilderijen. E. - met tolk in de rechtbank - heeft nooit iets willen verklaren over de zaak. Hij beroept zich op zijn zwijgrecht. "Ik respecteer de rechtbank, maar beroep me op mijn zwijgrecht", vertelde hij de rechter. De dochter van Sharon riep in een in de rechtbank gehouden emotioneel betoog E. op om te spreken. "Stop met zwijgen zodat er eindelijk antwoorden komen." Foto: politie