Na de angstaanjagende ervaringen van Nederlanders op het door brand geteisterde Rhodos, is toerist Erik Meijvis van plan gerechtelijke stappen te nemen tegen reisorganisatie Corendon. Meijvis beweert dat Corendon 'met hun leven heeft gespeeld', door hen niet te informeren over de situatie en het gevaar ter plekke. "Corendon had het moeten afgelasten."De beelden kennen we allemaal: Erik en zijn vrouw Daniëlla kwamen zondag met een trauma terug uit de brandende hel op Rhodos. De emoties waren overduidelijk zichtbaar, Erik kon zijn tranen nauwelijks bedwingen.Bekijk die video hier terug:Inmiddels zijn Erik en zijn vrouw een paar dagen terug in Nederland, maar de woede blijft. "We hadden nooit mogen vertrekken. Maar ik vind dat bij een pakketreis de veiligheid hoog in het vaandel moet staan."Op het moment dat Erik vroeg op de zaterdagochtend naar Rhodos vertrekt, heeft hij alleen informatie over bosbranden bij Athene en in Zuid-Italië. "Maar geen woord over Rhodos." Met goede moed en na zeer lang uitgekeken te hebben naar de dure reis vertrekken hij en zijn vrouw naar het vakantie-eiland. Van tevoren werd hij niet gebeld, in het vliegtuig wordt met geen woord gerept over de bosbranden.Ingesloten op strandAls ze aankomen op het eiland begint een angstig gevoel het stel te bekruipen. Onderweg naar het hotel zien ze brandweerauto's, brandweerlieden. De hemel wordt steeds donkerder. "Roodbruine rookwolken kwamen achter het hotel vandaan. Na tien minuten kwam het brandalarm met 'Go, you, go' en toen moesten we rennen voor ons leven.""In het begin denk je, dat gaan we wel redden. Maar het komt niet goed, want je wordt vermoeid en iedereen heeft zijn koffer. En dan zien je in de verte de vlammen aankomen." Zij en honderden andere toeristen lopen urenlang over het eiland tot ze op een van de stranden worden ingesloten door de snel oprukkende brand.Meer Nederlanders moesten halsoverkop het eiland verlaten: Uiteindelijk kunnen ze 's nachts mee op een boot. Na zo'n zes uur in het donker op het water te hebben gedobberd weten ze aan te meren bij een dorpje. Daar nemen ze een taxi naar de luchthaven. Niemand van Corendon te bekennen. "Toen heb ik een boze mail gestuurd naar Corendon en er alles ingezet en eisen dat ik werd teruggebeld." Korte tijd later later wordt hij gebeld met de vraag waar hij is. "Toen zei ik: 'Potverdorie, ik zit op het vliegveld. Ik kan beter vragen, waar zijn jullie?' Toen zei ze 'Meneer Meijvis, even stil. U kunt nú instappen in een vliegtuig die op u staat te wachten'", vertelt Erik. "Bij de balie was niks bekend. Maar wij rennen, en konden gelukkig instappen."'Moeilijke zaak' Corendon geeft aan zich te moeten baseren op de informatie van de instanties in het land zelf. Erik zegt daar in mee te kunnen gaan, "die kan je ook van alles verwijten. Maar op zo'n vliegveld zijn allerlei luchtvaartmaatschappijen, ze hebben ook een verantwoordelijkheid richting de reizigers om ons te informeren."Erik Meijvis is nu in contact met verschillende advocaten over het mogelijk aanklagen van Corendon. "Maar zij geven aan dat het mogelijk een moeilijke zaak wordt omdat het eiland als rampgebied is verklaard", geeft hij aan. Wel kan hij rekenen op steun uit het Calamiteitenfonds, waardoor hij in ieder geval een deel van zijn kosten terug zal kunnen krijgen.