De steeds groter wordende kloof tussen de Randstad en het platteland speelt een belangrijke rol in het vertrouwen tussen boeren en de overheid. Dat merkte stikstofbemiddelaar Johan Remkes woensdag op tijdens de presentatie van zijn langverwachte rapport over de stikstofproblematiek.Remkes stelt dat boeren de afgelopen jaren te maken hebben gehad met een "zwalkend en soms falend" beleid. Als voorbeeld noemt hij de afschaffing van de melkquota in 2015 en de daarop volgende invoering van de fosfaatrechten in 2017. "Het gevolg is dat veel boeren die na 2015 door overheid en financiers gestimuleerd werden om uit te breiden, nu met dure en grote stallen zitten waar niet voldoende dieren in gehouden mogen worden om rendabel te kunnen zijn", zegt Remkes. "Dit soort voorbeelden voeden het beeld dat de overheid niet meer naast, maar tegenover hen staat."Breder sentimentHet gevoel dat de overheid niet naast, maar tegenover de burger staat speelt niet alleen binnen agrarische sector, legt Remkes uit. Het is een breder sentiment. "Mensen ervaren een groeiend verschil tussen Randstad en het landelijk gebied, tussen stad en platteland. Niet alleen in culturele waarden, maar ook in economische positie en in kansen. Voorzieningen waar aan gehecht wordt, verdwijnen. Een goed voorbeeld is zichtbaar in dorpen, waar zowel de laatste bushalte als de laatste pinautomaat recent zijn verdwenen."Veel mensen storen zich voortdurend aan de manier waarop er in de politiek en de media over het platteland en de daar levende opvattingen wordt gesproken, stelt Remkes. "Ik ken het landelijk gebied en kan mij dit gevoel, ook vanuit mijn eigen historie, goed voorstellen."