Ambtenaren van de Belastingdienst hebben in 2013 een omstreden systeem ingevoerd om fouten en fraude met toeslagen op te sporen. En dat deden ze ook nog eens onder enorme tijdsdruk in een paniekerig weekend. Eigenlijk had het een half jaar later moeten worden ingevoerd. Het was daardoor onvoldoende getest.Het zogenoemde 'risicoclassificatiemodel' kon ertoe leiden dat mensen pas maanden later de toeslagen kregen dan wanneer ze er recht op hadden. De Belastingdienst kreeg later ook een recordboete van de privacywaakhond om het gebrekkige systeem.FraudebestrijdingDe versnelde invoering van het door Deloitte ontworpen systeem was een reactie op de welbekende Bulgarenfraude. "Gezien de druk van buiten was dit een goed besluit", verklaarde oud-handhavingschef Paul Veringmeier maandag tijdens verhoren van de parlementaire enquêtecommissie die gaan over de fraudebestrijding van de overheid.Het toeslagenschandaal heeft voor gedupeerden Jurgen Deceuninck en Gerda Deceuninck-Eijbrink tot op de dag van vandaag ingrijpende gevolgen:Bulgarenfraude redenVoormalig toeslagenbaas Gerard Blankestijn zei eerder ook dat de Belastingdienst iets zichtbaars moest doen tegen fraude. Veringmeier benadrukt net als Blankestijn dat het risicomodel was ontworpen om fouten met toeslagen te voorkomen en daarmee toeslagaanvragers juist te helpen. Beide topambtenaren noemen de Bulgarenfraude wel als belangrijkste reden om het model direct in te voeren. Ook waren er te weinig ambtenaren om alle aanvragen te behandelen. Mensen moesten vervolgens zelf met bewijzen komen dat ze recht hadden op de toeslag. Het leidde tot "ellende", erkent Blankestijn inmiddels. Deloitte waarschuwde de Belastingdienst tegen het breder inzetten. En ook het kabinet heeft gereageerd op deze specifieke kwestie. Het erkent dat "het model in deze vorm niet gebruikt had mogen worden."ANP