Provincies willen wolf gaan weren, maar voor deze schapenfokker komt het te laat

Voor vier provincies is het nu genoeg: er móét iets gedaan worden aan de wolf. Friesland, Drenthe en Overijssel pleiten dinsdag in navolg van Gelderland voor het weren van wolven om aanvallen op schapen te stoppen. Een doorbraak voor de boeren, die al jaren hopen dat er iets aan de wolf gedaan worden, maar voor schapenfokkers Wietze en Richard komt het te laat.

In een brief aan minister Christianne van der Wal van Natuur pleiten de drie provincies voor aanpassing van de zwaar beschermde status van de wolf. Ze willen dat op Europees niveau specifieke leefgebieden worden aangewezen waar de roofdieren voldoende ruimte en wild moeten vinden. Daartegenover stellen ze dat er in gebieden waar het aanbod aan wild te beperkt is, wolven verjaagd of gedood moeten kunnen worden.

Volgens de provincies is hun gebied niet geschikt voor wolven, omdat er niet genoeg bos en wild is. Een enkel paar met welpen is nu aanwezig in het Drents-Friese Wold. Gelderland, waar verschillende wolvenroedels op de Veluwe zitten, heeft ook al aanpassing van de beschermde status gevraagd. Dit omdat een te tamme jonge wolf dicht bij mensen kwam en verjaagd zou moeten worden. Echter, de rechter stak daar een stokje voor vanwege de Europese beschermingsregels.

Weer schapen dood

Fokkers Wietze en Richard uit het Friese Appelscha hebben veel begrip voor het pleidooi van de provincies. Maandag sloeg volgens hen een wolf toe in hun kudde van zo'n 200 schapen. Of het daadwerkelijk een wolf is, moet eerst officieel onderzocht worden door BIJ12, die provincies ondersteunt in het onderzoek naar wolvenaanvallen. Bij de broers uit Appelscha overleden drie schapen ter plekke. Tien schapen raakten zo gewond dat ze moesten worden geëuthanaseerd en één schaap werd geheel opgegeten. De overgebleven lichamen van de dertien schapen legden de broers demonstratief voor hun erf met daarbij een bord: 'Bedankt wolf'.

"Ik wil vooral laten zien wat het leed is dat de dieren is aangedaan", vertelt Richard aan Hart van Nederland. Meerdere zwaar bebloede schapen liepen maandagochtend door de wei, enkele zelf met ingewanden die eruit hingen. "Het is een vluchtdier, dus ze houden de schijn lang op", vertelt Richard. Maar voor deze dieren zat er niks anders op dan een spuitje van de dierenarts.

De kwestie wat te doen met de wolf houdt boeren en dierenbeschermers al jaren bezig. In hoeverre moet de wolf ruim baan worden gegeven, ook al worden landbouwdieren hier het slachtoffer van? "Je houdt het niet tegen dat de wolf terugkomt", aldus Richard. "En dat de wolf dieren opeet, dat is natuur. Maar dit gaat te ver. Als dit zo doorgaat, moeten we stoppen."