Ambtenaren van het ministerie van Justitie hebben de vervolging van Geert Wilders wel degelijk inhoudelijk besproken met het Openbaar Ministerie. Ze vroegen bijvoorbeeld of een uitlating van Wilders die het OM liet rusten, niet toch tegen hem in stelling moest worden gebracht, blijkt uit e-mails die de rechter heeft opgevraagd. Door de e-mails, die het ministerie op last van de rechter heeft verstrekt en door RTL Nieuws zijn onthuld, voelt Wilders zich in zijn gelijk bevestigd. Wilders stelt al van meet af aan dat toenmalig minister Ivo Opstelten zich heeft bemoeid met zijn vervolging. Dat ging om zijn uitlatingen over "minder Marokkanen". Een minister mag zich niet heimelijk met een zaak bemoeien.Vervolging WildersIn de e-mails bespreken de ambtenaren de vervolging, waartoe het OM op dat moment feitelijk heeft besloten. Een van de twee bespreekt hun opvattingen en vragen vervolgens met het parket. De betreffende ambtenaar wijst het OM onder andere op Wilders' repliek "dan gaan we dat regelen", op de roep van zijn aanhang om "minder!" Marokkanen. Lees ook: Wilders en advocaat in de tegenaanval: 'Wilt u de waarheid soms niet weten?' Een van de twee ambtenaren merkt ook op dat de minister "bij deze zaak zo ver mogelijk weg wil blijven". ANP