Minister Koolmees van Sociale Zaken zegt dat het moeilijk wordt om een goede steunregeling te bedenken voor flexwerkers die nu tussen wal en schip vallen. Het gaat om een groep uitzendwerkers, oproepkrachten en payrollers die op straat door de coronacrisis en geen vangnet hebben. De 49-jarige Helma de Goede uit Drenthe is een van hen. Ze werkte als schoonmaakster in een vakantiepark. Door de coronacrisis was daar niet genoeg werk meer. Inmiddels zit ze al vier weken thuis en krijgt ze geen loon. "Ik wil wel werken, maar het kan niet", zegt ze tegen Hart van Nederland. "Ik heb nog het geluk dat mijn man in de bouw werkt en dus nog wel betaald krijgt", zegt ze. Maar dat heeft wel tot gevolg dat ze niet in aanmerking komt voor bijstand. "Tot nu toe kunnen we het nog redden van het loon van mijn man, maar ik weet niet voor hoe lang."Tweede Kamer wil snelle oplossingDe PvdA vroeg dinsdag in een debat met minister Koolmees om een oplossing voor flexwerkers zoals Helma. De partij wil dat er soepelere bijstandsregels komen, waardoor bij het aanvragen van bijstand voorlopig niet wordt gekeken naar het inkomen van de partner. Het plan kreeg veel steun van andere partijen in de Tweede Kamer. De minister wilde nog geen toezeggingen doen over een uitgebreidere steunregeling. Hij zei in het debat dat het onderwerp hem "buikpijn bezorgde", maar dat hij niet weet hoe hij dit op een eerlijke manier kan regelen. "Wat we ook doen, er zullen door de coronacrisis mensen hun baan verliezen en er zullen bedrijven failliet gaan", zei de minister. Koolmees zegt dat hij op zoek gaat naar een oplossing. Wanneer die er komt, kon hij niet zeggen. Voor Helma is het te hopen dat er snel wat gebeurt. Het thuiszitten valt haar steeds zwaarder. "De muren komen op een gegeven moment op je af", vertelt ze. "Hoe lang gaat dit nog?"