De Zorgconsul in Rotterdam heeft vrijdag een rapport naar buiten gebracht waarin ze stellen dat de hulpverlening juist gehandeld heeft na meldingen over Joël S., de vermeende moordenaar van de 21-jarige Sarah Papenheim. Een gemeenschappelijke vriendin van S. en Sarah snapt niets van de conclusies van de Zorgconsul. In de dagen voor de dodelijke steekpartij waarbij Sarah om het leven kwam, had een gemeenschappelijk vriendin nog contact met zowel Sarah als S. "Ik voelde ineens dat Joël echt hulp nodig had", vertelt de vriendin. "Ik voelde me ook ineens heel onveilig." Lees ook: OM eist 10 jaar cel en tbs tegen Joël S. na moord Amerikaanse Sarah Papenheim'Tikkende tijdbom'De vriendin, die graag anoniem wil blijven, laat weten dat ze vaak bij S. is geweest om te "chillen en te praten". In de dagen voor de fatale steekpartij was daar niets meer van over. "Ik voelde echt een tikkende tijdbom." De vrouw is korte tijd met S. aan het daten. Ze laat weten dat hij in het begin super lief was, maar al snel ging hij zich vreemder gedragen. Ze vertelt over een Whatsappgesprek die ze heeft gehad met S. waarin hij vertelt last te hebben van een voorraadkever plaag. Later bleek dat hij zich de beestjes inbeeldde, ze waren er helemaal niet. Lees ook: Geen verwijten hulpverlening moordverdachte Sarah PapenheimMeldpunt Verwarde PersonenVijf dagen voor de fatale avond alarmeert de vriendin de school van S. en het Meldpunt Verwarde Personen. "Ik maakte me ernstige zorgen, omdat hij vertelde bang te zijn om mensen iets aan te doen." Ze snapt niet hoe de Zorgconsul, ondanks haar meldingen, kan zeggen dat de hulpverlening juist gehandeld heeft. "Het ergste vind ik dat de hulpverleners die langs zijn geweest Sarah niet hebben gewaarschuwd", vertelt ze huilend. "Ze hadden kunnen zeggen: 'We weten het niet zeker, maar ga niet alleen."