IJshockey leeft volop in ons land: wekelijks zitten de tribunes bomvol bij de Tilburgse Trappers, Heerenveen Flyers en de Geleen Eaters. De Nederlandse dames wonnen twee weken geleden het WK in China en dit weekend staan de Nederlandse mannen in Tallinn tijdens het WK op het ijs. Voor Joep Leermakers is ijshockey zijn lust en zijn leven. Deze 37-jarige account manager uit Raamsdonksveer werkt fulltime en besteed bijna al zijn vrije tijd op het ijs als scheidsrechter. “Ik volg alles in deze sport, alle WK’s en de reguliere competitie in Nederland, maar ik fluit vooral in Duitsland. Daar is het niveau hoger”.Enige uit NederlandDe Nederlandse ploegen gaan goed, maar het niveau dat Joep haalt, is nog ver bij ze vandaan. Landen als Canada, Amerika en Finland spelen in de Topdivisie en dat WK vindt 10 mei plaats in Slowakije. En daar mag Joep gaan fluiten. “Ik ben 1 van de 16 scheidsrechters, de enige uit Nederland. Ik heb best wat blessures, ga beetje gekneusd het ijs op, maar deze kans laat ik niet schieten”. Hoewel het dus heel goed gaat qua prestaties, trekt de ijshockeybond wel aan de bel. “Wij staan op het punt van omvallen. Met 2,5 fte op kantoor van de bond moeten wij alles regelen, dat is niet meer te doen. We moeten grote bijdrages vragen aan ouders, soms wel 1000 euro voor een internationale wedstrijd. Dan kan niet meer op. We krijgen precies 0 euro van het NOC*NSF, die zetten liever in op schaatsen. Dat snap ik, daar haal je medailles, maar de topsport ambities van het ijshockey liggen daardoor stil”.