De dwangarbeid en uitbuiting van meisjes in rooms-katholieke instituten wordt wel degelijk onderzocht. De commissie die geweld in de jeugdzorg onderzoekt, kijkt ook naar bijvoorbeeld de misstanden bij de nonnen van De Goede Herder, zegt minister Sander Dekker van Rechtsbescherming. Als die commissie nog vragen onbeantwoord laat, volgt nader onderzoek naar de nonnen. Zeker 15.000 meisjes hebben tussen 1860 en 1978 dwangarbeid verricht in wasserijen en naaiateliers van de katholieke zusters van de Goede Herder. Zij hadden kloosters in Tilburg, Zoeterwoude, Almelo en Velp.Overheid schuldigHet onderzoek moet onder meer uitwijzen of de overheid schuld draagt aan de wantoestanden in de instituten, vindt Dekker. Die vingen meisjes in de problemen op, om hen vervolgens vaak af te beulen in wasserettes en naaiateliers. Ook de overheid plaatste de meisjes bij de nonnen, stellen deskundigen. Lees ook: 'Erken en onderzoek leed door gedwongen adopties' De minister erkent al wel dat "de overheid daar ook een rol in had". Maar hij wil "secuur vaststellen" of die van de misstanden afwist en "er iets aan kon doen". Blijkt dat inderdaad, dan "is genoegdoening op zijn plek". Slachtoffers en Kamerleden vrezen dat het onderzoek naar uitbuiting erbij inschiet, omdat dat niet de hoofdopdracht van de commissie-De Winter is. Drie slachtoffers waren vandaag bij het debat aanwezig. Voor iedereen die geïnteresseerd is in de verhalen of zelf misbruik wil melden is de speciale website VrouwenPlatform Kerkelijk Kindermisbruik opgericht.