Coördinator Rob van der Kolk van het Landelijk Consortium Hulpmiddelen (LCH) vond de mondkapjesdeal die Sywert van Lienden sloot met het ministerie van Volksgezondheid destijds niet eens nodig. Dat zei hij maandagavond in het radioprogramma Met het oog op morgen.De afspraak tussen Van Lienden en het ministerie kwam rond toen Van der Kolk en zijn team al twintig dagen bezig waren. "Wij hadden alles al geregeld en toen maakte hij die afspraak nog met het ministerie. Wat ons betreft was het niet nodig, maar Volksgezondheid wilde meer zekerheid en dus meer mondkapjes."'Onder druk'Van Lienden en zijn twee zakenpartners liggen onder vuur vanwege de deal, die hen twintig miljoen euro opleverde. Van der Kolk zegt dat het ministerie tijdens de eerste coronagolf onder druk kwam te staan door de aanhoudende kritiek van onder meer de opiniemaker in de media. "Dat heeft zeker meegespeeld."Na weken radiostilte deed Van Lienden zondag zijn verhaal in Buitenhof. Daar zei hij dat "sommige mensen hun straatje aan het schoonvegen zijn". Van der Kolk zegt dat hij zich niet aangesproken voelt. "Wij zaten daar niet namens de zorg, wij waren de zorg. En we hebben heel goed werk verricht met een mandaat van het ministerie." 'Niet iedereen deugt'"Het eerste weekend dat we bezig waren hadden we al mondkapjes geregeld en die werden een paar weken later al gedragen in Nederland, dat is toch goed", aldus de coördinator, tevens directeur van AMC Amsterdam. Hij zei dat het hem echter wel raakt als hij wordt beschuldigd "door iemand die het slecht doet, terwijl wij goed werk leveren".Volgens de ziekenhuisbestuurder loog Van Lienden ook tegen hem, toen ze nog in hetzelfde pand werkten en mogelijk zouden samenwerken. "Hij zei dat hij een geheimhoudingsverklaring had getekend, maar dat was niet zo. Kort daarna werden ze uit het gebouw gezet en was de samenwerking voorbij. Sommige mensen deugen, maar niet iedereen."ANP
