Op de militariabeurs in Houten mogen geen 'Holocaustspullen' meer te koop worden aangeboden, zoals een gedragen Jodenster. Dat zegt organisator Gaston Vrolings maandag tegen het AD. "Een Jodenster verhandel je niet op een beurs. Dat zal ik alle standhouders laten weten. Deze ene is er doorheen geglipt."Het Centrum Informatie en Documentatie Israël (CIDI) en Centraal Joods Overleg (CJO) maakten zaterdag bekend aangifte te zullen gaan doen tegen de beursorganisator. De organisaties besloten hiertoe na het zien van beelden van de Militariabeurs, gemaakt door het programma Kassa van BNNVARA.Gedragen Jodenster voor 2500 euroOp de beurs waren veel nazivoorwerpen te koop, waaronder dolken met hakenkruizen en SS-leuzen, SS-insignes, bustes van Adolf Hitler en Duitse eremedailles met hakenkruis. Ook was er een gedragen Jodenster te koop voor 2500 euro met een boekje waarin persoonsgegevens van de draagster stonden.Volgens Vrolings zijn bezoekers geen nazisympathisanten, maar 'doodgewone' verzamelaars. "Dat de Joodse gemeenschap schrikt van die verkochte gele ster, kan ik me voorstellen. Ik wil daar bij deze afstand van nemen", zegt Vrolings in het AD. "Holocaustspullen horen niet op een beurs. Wij zijn alles behalve een ‘nazibeurs’, een nare term die volstrekt ten onrechte door sommigen wordt gebruikt."'Vertel het goede verhaal erbij'De militariabeurs heeft juist een educatief karakter, stelt Vrolings. "Die dingen zijn er nu eenmaal, dat moeten we niet willen wegpoetsen. Maar vertel wél het goede verhaal erbij. Mijn stelling is: geen herdenking zonder verzamelaars. Want die spullen helpen de geschiedenis te verbeelden. Mits dat gebeurt binnen de juiste context."Hart van Nederland / ANP
