De exotische plaagmier rukt op in Nederland. Dat gaat zo snel, dat EIS Kenniscentrum Insecten nu aan de bel trekt. Want als de diertjes zich eenmaal ergens hebben genesteld, groeit de kolonie in razend tempo en zijn ze bijna niet meer weg te krijgen. De plaagmier (Lasius neglectus) werd begin jaren zeventig voor het eerst ontdekt in Hongarije. Vermoedelijk krioelden de beestjes toen al ruim tien ook in ons land rond. Veel overlast veroorzaakten de diertjes destijds nog niet. Pas acht jaar geleden werden er hier voor het eerst enkele grote kolonies van de moeilijk te bestrijden mier gevonden. Inmiddels zijn er al achttien superkolonies verspreid over het land en waarschijnlijk zijn er veel meer grote mierenhopen die nog niet zijn ontdekt. De beestjes komen oorspronkelijk uit Centraal-Azië en komen mee met pot- en kuipplanten. Bij veel tuincentra is de gevreesde mierensoort ook gevonden, weet het kenniscentrum.Door de kleinste gaatjesEen kolonie plaagmieren heeft honderden tot duizenden koninginnen, die eitjes leggen. De vrij kleine mieren kruipen door de kleinste gaatjes en zijn daardoor bijna niet meer uit huizen weg te krijgen. Ze verdringen zo inheemse insecten en andere dieren die hier al leven en zijn daarom bestempeld als ongewenste exoot die bestreden moet worden.De diertjes houden zich tot nu toe alleen op in stedelijke gebieden, op plekken waar het lekker warm is, zoals onder stoeptegels. Er zijn superkolonies gevonden in onder andere Rotterdam, Eindhoven, Amersfoort en Oldenzaal. Mogelijk zal de plaagmier zich door de klimaatverandering ooit ook vestigen in de 'normale' natuur.Verdachte mieren meldenEIS Kenniscentrum Insecten roept iedereen die verdachte mieren vindt op om dit bij hen te melden in de hoop om verdere verspreiding van de plaagsoort zoveel mogelijk te voorkomen. Omdat de beestjes moeilijk te onderscheiden zijn van gewone mieren, kunnen mensen een aantal mieren opsturen naar het centrum.Tekst: ANP / Foto via NatureToday / Bovenstaande reportage is eerder uitgezonden