De twee mannen die door het OM in Amsterdam worden gezien als de schutters in de zaak van de 'vergismoord', Tony D. en Djurgen W., ontkennen dat ze dat zijn. Dat bleek tijdens de tweede dag van de behandeling van de dodelijke schietpartij op 8 oktober 2016 in een parkeergarage in Amsterdam-West, waarbij dj Djordy Latumahina werd gedood. Op deze tweede dag gingen rechtbank en OM in op de verschillende auto's waar de verdachten in rondreden en waar ze op welk moment waren, zowel voor als na het schietincident. Ulrich B. zou na het schietincident de vluchtauto hebben bestuurd. Hij wilde op de zitting niets zeggen en beriep zich bij alle vragen op zijn zwijgrecht. Tony D. wilde niet zeggen waarom bij hem een zogeheten PGP-telefoon is gevonden. Zulke telefoons zijn populair bij criminelen omdat ze er versleutelde berichten mee kunnen versturen. Hij werd eerst aangehouden voor wapenbezit, later kwam daar de aanhouding voor de liquidatie bij. D., die geëmotioneerd raakte, zegt dat hij op de bewuste 8 oktober helemaal niet van huis is geweest. Lees ook: Verdachte schutter ‘vergismoord’ Djordy ontkent Latumahina (31) werd in het bijzijn van zijn vriendin en tweejarig dochtertje doodgeschoten. De vrouw raakte zwaargewond, het meisje bleef ongedeerd. De zaak wordt 'vergismoord' genoemd, omdat Latumahina vermoedelijk niet het beoogde slachtoffer was. Hij woonde in hetzelfde appartementencomplex en reed in eenzelfde soort auto als het mogelijke doelwit. De rechter haalde passages uit het dossier aan, waaruit blijkt dat de vriendin van Djordy door zes kogels werd geraakt en na het incident uit angst is verhuisd. Het dochtertje had angstaanvallen en moest in therapie. In totaal staan zeven verdachten terecht. Op de eerste dag van de inhoudelijke behandeling ging de rechtbank onder meer in op het vuurwapenbezit van de hoofdverdachten. ANP Bekijk de Hart van Nederland-reportage over deze zaak hieronder:
